Wat Het Betekent Om Vrij Te Zijn
Leestijd: 10 minuten
Beeld: friday2022
In The Art of Listening stelt psychoanalist Erich Fromm dat ondanks onze voor de hand liggende keuze om in elke levenssituatie links- of rechtsaf te slaan, het idee van volledige keuzevrijheid een illusie is. Dus, in welke hoedanigheid bestaat individuele keuzevrijheid? Wat zijn de belemmeringen? En als we ons op welke manier dan ook gevangen voelen; kan die situatie worden veranderd?
Het korte antwoord op de laatste vraag is: ja. Maar voordat we daar verder op ingaan, moeten we eerst het principe begrijpen dat vrijheid alleen verkregen kan worden vanuit gevangenschap; immers, als er al vrijheid is, is er niets om uit bevrijd te worden.
Gevangenschap, of beter gezegd het gevoel van gevangenschap, manifesteert zich fysiek door de begrenzing van onze huid en de vorm van ons lichaam. We kunnen niet vliegen als vogels of in de oceaan leven als vissen, en in tegenstelling tot wat veel ouders hun kinderen vertellen: we kunnen niet alles worden wat we willen. Mentaal kan het gevoel van gevangenschap zich manifesteren omdat ons verleden, de situatie waarin we geboren en opgegroeid zijn, en onze specifieke individuele constructie, de neiging hebben om ons gevangen te houden in bepaalde denk- en gedragspatronen.
Fromm gaat dieper in op het ontstaan van het gevoel van mentale gevangenschap door drie voorbeelden van omkoping binnen de familie te beschrijven. Daarmee wil hij laten zien hoe de ‘vrije’ geest van een kind steeds meer wordt beperkt door het herhaaldelijk accepteren van ‘steekpenningen’ van zijn ouders.
Hier is Jantje, een katholiek jongetje die graag met zijn protestantse vriendje speelt. Op een gegeven moment wordt hij door zijn moeder omgekocht:
“Het is eigenlijk beter voor je om niet meer met je vriendje te spelen, maar in plaats daarvan neem ik je mee naar de kermis.”
Eerst protesteert Jantje en zegt dat hij het leuk vindt om met zijn vriendje te spelen, maar na een tijdje accepteert hij de uitnodiging voor de kermis in ruil voor het niet meer omgaan met zijn vriendje. Dat is zijn eerste fout, zijn eerste verlies. In zijn eigen wil, zijn eigen integriteit, is er nu iets fundamenteels gebroken. Het proces van het beperken van zijn keuzevrijheid is hier begonnen.
Het accepteren van de uitnodiging van zijn moeder voor de kermis markeert een grote stap in het proces om Jantjes keuzevrijheid later in zijn leven te beperken. Beeld: Sekau67
Tien jaar later wordt Jantje verliefd. Zijn ouders vinden het meisje echter helemaal niet geschikt voor hem. Maar in plaats van te zeggen dat het uitgesloten is, zoals vroeger het geval zou zijn geweest, wordt nu de manipulatiekaart gespeeld:
“Ze is een heel lief meisje, maar jullie hebben heel verschillende achtergronden en om elkaar gelukkig te maken, moeten jullie allebei dezelfde achtergrond hebben... maar het is natuurlijk helemaal jouw keuze om met haar te trouwen als je dat echt wilt. Maar weet je, waarom ga je niet een jaar naar een stad naar keuze om erover na te denken, en als je terugkomt en je wilt nog steeds met haar trouwen, dan trouw je met haar.”
Jantje accepteert. Dat is zijn tweede fout, zijn tweede verlies. Het was echter minder moeilijk om deze ‘keuze’ te maken omdat hij reeds de eerste fout (en een reeks kleinere) had gemaakt, waardoor hij dacht dat hij het beste van twee werelden kreeg: een jaar reizen en trouwen met zijn geliefde - een belofte die natuurlijk verpakt zat in de boodschap: ‘Je kunt reizen en met het meisje trouwen.’ Maar op het moment dat hij het vliegticket accepteert - de steekpenning - heeft hij, zonder het te beseffen, het meisje al opgegeven. In eerste instantie schrijft hij nog prachtige liefdesbrieven, maar dat verdwijnt na een paar maanden.
Onvermijdelijk begrijpt het meisje op een gegeven moment dat Jantjes 'afleidingen' tijdens zijn reis veel te interessant zijn om op te geven, daarom zal ze het hoogstwaarschijnlijk uitmaken om verdere emotionele pijn te voorkomen. Beeld gevonden op smart-alarms.shop
Op zijn 23e gaat Jan studeren. Hij wil architect worden en is zijn hele leven al geïnteresseerd in architectuur, dus hij wil graag architectuur te studeren. Zijn vader, eigenaar van een succesvol advocatenkantoor, wil echter dat Jan advocaat wordt en rechten gaat studeren. Dus gaat hij op Jan zijn schuldgevoel werken:
“Waarom blijf je maar dooremmeren over architectuur en ons zo teleurstellen, na alles wat we voor je hebben gedaan? Je weet dat ik het aan mijn hart heb. Wie gaat er voor je moeder en de zaak zorgen als ik er niet meer ben? Bovendien, wat verdien je nu helemaal als architect?”
Jan voert nog een gevecht voor de bühne op, maar geeft uiteindelijk toe. Hij krijgt waarschijnlijk een mooie auto van zijn vader, maar er wordt nooit gezegd dat er een tegenprestatie wordt verwacht in ruil voor de steekpenning. Dat is precies wat het omkoping maakt, in tegenstelling tot een gewone transactie. Want zoals Fromm terecht opmerkt: zodra je steekpenningen accepteert, moet je leveren!
Volgens Fromm is dat het moment waarop Jan schaakmat wordt gezet:
“Hij heeft zichzelf volledig verkocht en heeft zijn trots, zijn zelfrespect en zijn integriteit verloren. Hij doet iets wat hij niet leuk vindt en zal dat waarschijnlijk de rest van zijn leven blijven doen, trouwt dan waarschijnlijk met een vrouw van wie hij niet echt houdt, en zijn leven vervalt hoogstwaarschijnlijk in ultieme verveling en wrok.”
Het is dan ook geen wonder dat we eindeloos worden bestookt met inhoudsloos nieuws en entertainment en tsunami’s aan reclames en advertenties, omdat we afleiding nodig hebben van de frustratie en zinloosheid van het gevoel een vierkant blok te zijn wat zichzelf voortdurend door een rond gat probeert te wurmen. Maar de houdbaarheid van zulke afleidingen is beperkt.
Wanneer de zogenaamde begeerlijkheden en pleziertjes allemaal uitgewoond, voorspelbaar, en saai zijn geworden, zal de volgende afleiding onvermijdelijk moeten plaatsvinden in het rijk van pijn, waarvan de wreedheden in het Colosseum in Rome een direct resultaat waren. Bovendien geloof ik dat dit een van de redenen is waarom veel hedendaagse westerse politieke leiders voorstander lijken te zijn van het vergroten van hun nationale oorlogsmachine – net zoals grote delen van de West-Europese politici en intelligentsia het indertijd een prima idee vonden om de slachtpartij die bekend staat als de Eerste Wereldoorlog te starten.[3]
Om de bevolking af te leiden werden de ‘voorstellingen’ in het Colosseum steeds verderfelijker en wreder als gevolg van gewenning aan reeds bekende verderfelijk- en wreedheden. Beeld: waldomiguez
Een andere eigenschap die niet behulpzaam is bij het creëren van omstandigheden voor verandering, is ons systeem van beloningen en straffen. Over het algemeen worden we beloond voor goed uitgevoerde taken en worden we gestraft als we fouten maken. Toch weten we allemaal dat leren alleen mogelijk is door fouten te maken. Dus als we elkaar straffen voor het maken van fouten, met name door te gaan beschuldigen en beschamen, of, wat minstens zo schadelijk is, als we vurig proberen elkaar geen fouten te laten maken, beroven we onszelf in feite van het vermogen om te leren. Als dat diep in onze geest wordt verankerd, is de kans groot dat we ons de rest van ons leven als opgejaagde en gevangen dieren zullen voelen: doodsbang om fouten te maken en als we fouten maken, ontbreekt het lerend vermogen om in de toekomst van koers te veranderen.
Nu dan, als we eenmaal bewust zijn geworden van onze individuele en unieke vorm van gevangenschap, waar kunnen we dan de middelen vinden om te ontsnappen? Advertenties verkondigen vanzelfsprekend dat de antwoorden op al onze problemen, met name emotionele, te vinden zijn in producten en diensten. Dat wil zeggen, in onze externe wereld.
Maar het is nogal duidelijk dat wij over onze externe wereld, oftewel alles buiten ons lichaam, slechts heel weinig controle hebben. Zo ligt ongeveer 95% van de informatie uit de buitenwereld, die via onze zintuigen bij ons binnenkomt, buiten onze controle. Denk aan beelden, geluiden, temperaturen en geuren, in welke omgeving dan ook: we pikken ze op, of we dat nu willen of niet, en onze hersenen moeten het verwerken tot iets mentaal verteerbaars.
Daarentegen zegt de hedendaagse wijze Sadhguru dat we over onze innerlijke wereld, ons eigen lichaam en onze geest, volledige controle hebben:
“Wat op ons pad komt (van extern) wordt grotendeels niet door ons bepaald, maar wat we doen met wat op ons pad komt, is 100% van ons!”
Met andere woorden, niemand anders dan jij zou jou gelukkig, boos, verdrietig, vrolijk, of bang moeten kunnen maken. Jouw leven draait om jou, dus wat er in jou gebeurt, zou van jou moeten zijn. Zodra anderen de macht hebben om te bepalen hoe wij ons voelen en wat we denken en doen, zijn wij hun slaaf en gevangene geworden.
Gautama de Boeddha ontdekte voor zichzelf dat wat er ook op zijn pad kwam en in welke situatie hij zich ook bevond, hoe hij ermee omging was voor 100% door hem zelf gemaakt (d.w.z. zijn gedachten, gevoelens, en gedrag). Na deze realisatie ging hij door met het onderwijzen van de Dharma tot aan zijn dood. Beeld: Alexis
Dat klinkt allemaal prachtig, maar bij gebrek aan een interne stemmingsschakelaar hebben we allemaal ervaren hoe ongemakkelijk en onaangenaam het voelt als er op onze knoppen wordt gedrukt. We kunnen onszelf eindeloos blijven vertellen dat we nooit meer boos zullen worden, maar een belangrijke les uit het verhaal van Jantje is dat we als kleine kinderen min of meer hulpeloos zijn tegen omkoping door ouders of anderen (opzettelijk of niet), wat een grote impact heeft op onze emotionele ontwikkeling en keuzevrijheid later in het leven.
Bovendien, tegen de tijd dat we erachter zijn gekomen wat er aan de hand is, voelen velen van ons zich als de spreekwoordelijke oude hond die geen nieuwe trucjes meer kan leren. Dat betekent voor mensen als Jantje bijvoorbeeld, dat zijn ouders steeds vaker en gemakkelijker op zijn knoppen kunnen drukken naarmate de tijd verstrijkt. Want als hij onbewust blijft voor zijn persoonlijke gevangenis, zal hij wrok jegens zijn ouders blijven opbouwen omdat hij diep van binnen best weet, dat hij erin is getuind.
Helaas hebben velen die zich in een vergelijkbare situatie bevinden de neiging om zich bij hun lot neer te leggen. Maar omdat er altijd een keuze is, keren we terug naar Fromm’s Art of Listening om een vertrekpunt te creëren van waaruit we de weg naar meesterschap over onze eigen emotionele staat van zijn kunnen starten. Dat begint met het herkennen van het fenomeen van overdracht in onszelf:
“Overdracht drukt de behoefte uit van een persoon om iemand anders verantwoordelijk te maken (over zijn/haar leven – red.), die een moeder is, die onvoorwaardelijke liefde geeft, of die een vader is die prijst en straft, vermaant en onderwijst. --- We moeten de hele menselijke situatie beschouwen waarin de mens zo hulpeloos is, zo volledig in de war door de misinformatie over het leven die hij/zij krijgt vanuit zijn/haar cultuur, zo bang, zo onzeker, dat het een algemeen menselijk verlangen is om iemand (anders) te hebben die we kunnen kiezen als ons idool, tegen wie we kunnen zeggen: ‘Jij bent mijn god of godin.’ Dit is de persoon die van mij houdt, die mij leidt, die mij beloont, omdat ik niet op mezelf kan staan.”[2]
Zoals Sadhguru reeds aangaf: zodra we iemand anders verantwoordelijk hebben gemaakt voor onze gevoelens, emoties en algemene gemoedstoestand, zijn we hun gevangene en slaaf geworden. Daarom stelt Fromm dat het begin van emotionele ontwikkeling en spirituele groei ligt in het feit (& de daad) van onszelf bevrijden. Praktisch betekent dat:
“Bevrijding begint met bevrijden van ouders.”
De voor de hand liggende vraag die uit die uitspraak voortvloeit, is: hoe weten we of we bevrijd zijn van onze ouders? Drie factoren maken dat duidelijk:
Wanneer we hun goedkeuring niet langer nodig hebben voor onze beslissingen;
Wanneer er geen angst meer is voor hun meningen;
Wanneer we geen dingen meer doen om hen te trotseren, want dan zijn hun meningen nog steeds belangrijk voor ons.
De vragen die we onszelf kunnen stellen om te bepalen of we bevrijd zijn van onze ouders (of anderen), luiden dan als volgt:
Heb ik nog steeds goedkeuring nodig van mijn ouders (of anderen) voor mijn beslissingen?
Ben ik nog steeds bang voor de meningen van mijn ouders (of anderen) over wat ik besluit en doe?
Probeer ik nog steeds actief mijn ouders (of anderen) op welke manier dan ook te trotseren?
Als een van deze vragen bevestigend wordt beantwoord, betekent dit dat we nog steeds met een psychologische navelstreng (of: etherische navelstreng) aan hen vastzitten. Dan geldt dezelfde regel als bij een fysieke navelstreng: als die niet op het juiste moment wordt doorgeknipt, verandert die op een gegeven moment in een ijzeren bal aan een ketting die ons emotioneel gevangen houdt en ons ervan weerhoudt om uit te groeien tot een evenwichtig, vreugdevol en vrij mens.
Een afbeelding van etherische navelstrengen die, als ze niet worden doorgeknipt, ons tot slaaf kunnen maken van de persoon/personen met wie we nog steeds op deze manier verbonden zijn. Illustratie gevonden op: valeriemoonhealing.com
Wanneer we echter in een situatie zijn beland waarin we geen goedkeuring meer nodig hebben van anderen voor onze beslissingen, en als we niet meer bang zijn voor hun meningen over wat we dan ook denken, beslissen en doen, dan zijn we duidelijk op onze eigen aard gaan vertrouwen; oftewel, we zijn gaan vertrouwen op ons eigen vermogen om de juiste beslissingen te nemen, op het juiste moment, in elke levenssituatie. Deze bevrijding van de angst voor wat anderen van ons denken, is een grote stap in onze emotionele ontwikkeling en spirituele groei.
Bovendien, aangezien het doorknippen van een navelstreng kan worden beschouwd als een vorm van onthechting, ontdekken we onmiddellijk dat een gezonde onthechting in elke levenssfeer daadwerkelijk het potentieel heeft om onze basisstaat van zijn te veranderen van angstig naar vreugdevol; wat standaard het geval is wanneer het vertrouwen in ons eigen vermogen om voor onszelf na te denken en te beslissen volledig geïntegreerd is. Precies dat is een reden waarom veel filosofische en religieuze teksten verkondigen dat de hoogste wijsheid ligt in onthechting, wat feitelijk een synoniem is voor het woord bevrijding - van onze eigen gedachte- en gedragspatronen.
Om dat laatste punt te onderstrepen stelt Alan Watts in Become What You Are:
“Onthechting betekent dat je geen spijt hebt van het verleden en geen angst voor de toekomst; dat je het leven haar gang laat gaan zonder te proberen de beweging en verandering ervan te beïnvloeden of te verstoren.”
In de praktijk betekent dit dat we in staat zijn om volop te genieten van aangename momenten wanneer ze zich voordoen, zonder energie te verspillen aan de wens dat ze nooit mogen eindigen; en dat we in staat zijn om onaangename momenten te accepteren wanneer ze zich voordoen, zonder energie te verspillen door er weerstand aan te bieden en te wensen dat ze zo snel mogelijk ophouden. Watts vervolgt:
“Op deze manier bewegen we mee met het leven en zijn we in perfecte harmonie met de veranderende muziek ervan. Dit wordt Verlichting genoemd.”
Oftewel: Vrijheid.
Vrolijke groetjes,
Erik Stout
[1] “Einstein was een van de weinige uitzonderingen die weigerde de oorlog (WOI) te steunen, maar de overgrote meerderheid van de Duitse en Franse intellectuelen was voorstander van de oorlog.” Erich Fromm – The Art of Listening
Bovendien is de zelfverrijking van de Britse hogere klassen en hogere militaire rangen in WOI bekend, goed gedocumenteerd en briljant geparodieerd in de serie Blackadder Goes Forth.
[2] Fromm, E. (1994). The Art Of Listening. United States; Constable & Robinson.
Ben jij open?
Waardevolle lezer, aangezien ieder mens per definitie een unieke blik op het leven heeft, willen we graag weten wat jouw kijk op de wereld is. Je bent derhalve van harte uitgenodigd om een reactie onder dit artikel achter te laten of contact met ons op te nemen als je een filosofisch en stimulerend artikel via deze website wilt delen.